De Efteling is het mooiste pretpark van Nederland. Al meer dan zeventig jaar laten bezoekers zich hier onderdompelen in een magische wereld van sprookjes en kermisvertier. Niet zo vreemd dus dat er in Het NoordBrabantsmuseum in Den Bosch een tentoonstelling aan het park is gewijd.
Dit attractiepark ontstond uit armoede. In 1933 viel er weinig te beleven in de streek van de Loonse en Drunense duinen, waar Waalwijk fungeerde als middelpunt van de schoenenindustrie. Een plek voor sport en ontspanning kan de boel opfrissen, dachten pastoor Johannes de Klijn, kapelaan Emile Rietra en Jac. Smit, voorzitter van de lokale voetbalclub. Op hun initiatief ontstond in 1935 in Kaatsheuvel het Rooms Katholiek Sport en Wandelpark. In 1950 wilde burgemeester R. van der Heijden van de gemeente Loon op Zand, waartoe Kaatsheuvel behoort, minder afhankelijk zijn van de schoenenindustrie. Het toerisme is een mooie aanvulling, besloot hij. Stichting Sportpark werd stichting Natuurpark de Efteling met een sprookjesbos. (De naam Efteling is afgeleid van een lang verdwenen hoeve en buurtschap, beide met de naam Ersteling).
Anton Pieck
In 1952 kreeg tekenleraar Anton Pieck uit Overveen van de stichting Natuurpark De Efteling de opdracht ‘tot het doen van al datgene wat ter verwezenlijking van het door ons gedachte sprookjesbos nodig is’. Voor een bedrag van drieduizend gulden ging hij aan de slag met het tekenen van sprookjes voor het sprookjesbos. Pieck was een perfectionist. Hij beeldde de sprookjes levensecht uit. Er moest ook beweging en muziek bij, die taak kreeg Peter Reijnders, de huisuitvinder van het park.
Het sprookjesbos was een grandioos succes. Vanouds te zien zijn daar Doornroosje, de Zes Dienaren (Langnek, Kogeloog, Koukleum, Putoor, Heuvelbuik en Springkuit), de Rode Schoentjes en Sneeuwwitje. Veel kinderen en ook hun ouders kregen er geen genoeg van. De bezoekersaantallen stegen snel – in 1952 bezochten 230.000 mensen het park. Het Sprookjesbos was algauw toe aan uitbreiding. In 1966 verschenen daar de Indische Waterlelies, geschreven door koningin Fabiola van België. In 1978 stond er het – in 2022 gesloten – spookslot, dit was geen sprookje, het was vooral bedoeld voor het oudere bezoek. De creatieve leiding was in handen van Ton van de Ven, die ook het Volk van Laaf bedacht alsmede het Huis van de vijf Zintuigen en Fata Morgana.
In de jaren zeventig was het allang geen sprookjesbos meer, maar een echt attractiepark met sinds 1981 de befaamde achtbaan de Python – daarin ga je vier keer over de kop. En het pretpark groeide maar door. Denk aan Carnaval Festival (1984), de Vogel Rok (1998), Joris en de Draak (2010), Baron 1898 (2015). In 1986 kwam Fata Morgana (een Duizend-en-een-nacht droomvlucht) en een droomvlucht tussen elfen (1993). Bij het 65-jarig bestaan – 2017 – opende Symbolica, het paleis van de fantasie.
Economisch belang
De Efteling is sinds 1985 een BV met de stichting als enige aandeelhouder. Het detaillistisch gebouwde park – zelfs de tuinen zijn onder architectuur aangelegd en denk ook aan holle bolle Gijs: ‘Papier hier.’ – is uitgegroeid tot een toeristische en economische trekpleister van jewelste. De bezoekersaantallen zijn enorm. In 2022 bezochten 5,43 miljoen mensen het park, het hoogste aantal ooit. Er werken zo’n drieduizend mensen en vrijwel alles wordt in eigen beheer gedaan. Het attractiepark haalt gewoonlijk de eerste plaats bij toeristische prijzen.