Aan de holocaust heeft Nederland 102.000 Joden, Roma en Sinti verloren. Het holocaust Namenmonument in Amsterdam geeft dat getal een ‘gezicht’. Duizenden namen, namen en nog eens namen. Je loopt er zwijgend langs. De adem stokt je in de keel. Zoveel doden, zovelen zinloos vermoord.
Ik heb het holocaustmonument in Berlijn gezien, een naamloos doolhof van grauw beton. Amsterdam is kleiner, maar indrukwekkender door al die namen.
Daartussen staat ook de naam Jules Kahn, de chemicus uit de bandenfabriek Hevea in Heveadorp. In 1943, samen met zijn vrouw Feiga en zoon Boris, in Sobibor vergast. Hun namen leven voort in steen en in het boek De dood van Rubber.
Het zou goed zijn als mensen met ultra rechtse of ultra linkse sympathieën dit monument bezoeken om te ervaren waartoe extremisme leidt.