Alles verandert bliksemsnel
De wereld is in nauwelijks 20 jaar totaal veranderd. Internet is de nieuwe Werkelijkheid geworden. Ruim 100 jaar geleden brachten telegraaf, telefoon, stoomboot, en trein, later het vliegtuig ons vooruit. Het ging snel, maar nooit zo snel als nu.
Onze wereld is veranderd in een dorp. Financiën, handel en industrie zijn uitgegroeid tot een georganiseerde productieketen. In dit ‘werelddorp’ met 7 miljard inwoners draait het om globalisering: het openstellen van grenzen voor de gemakkelijke verplaatsing van goederen en diensten.
Die ontwikkeling gaat razendsnel. Alleen een crisis, recessie of oorlog kan er een eind aan maken. Maar zijn de puinhopen aan de kant geschoven dan draait alles gewoon weer door en wellicht nog sneller dan voorheen.
Op deze site wil ik de veranderingen in de wereld volgen. Niet zoals een krant of tijdschrift doet, maar door alleen datgene eruit te pikken wat ik belangrijk vind.
Nederland in WO 1 nu gratis te lezen. Het boek verscheen in 2014.
Moco Amsterdam: cultureel ondernemerschap
In Amsterdam is altijd wel wat te doen. Zeker op het Museumplein. Bij de grote musea, het Rijksmuseum, Stedelijk en Van Gogh, stikt het van de toeristen. Maar ook het kleine Moco, naast het Van Gogh Museum, trekt met werk van de Britse kunstenaar Banksy veel publiek.
Banksy – niemand kent zijn echte naam of heeft hem ooit gezien – maakt, doorgaans bij nacht en ontij, humoristische afbeeldingen, vaak doet hij dat op muren of de straat, het kan ook elders zijn – in een dierentuin bijvoorbeeld. Zijn werk gaat altijd gepaard met een opbeurende slogan voor onder meer de vrijheid.
Banksy’s werk is van hoge kwaliteit. In het British Museum hing hij ongezien een schilderij op van een rotstekening waarop een mens uit de steentijd een winkelwagentje voortduwt. ‘Na ontdekking– Wikipedia – voegde het museum het schilderij meteen toe aan de permanente collectie.’
Te koop
Banksy zelf is niet blij dat zijn werk in het Moco hangt waar het tegelijk, en dit is bijzonder en opvallend, ook te koop is. Daarmee is Moco tevens een galerie. Werk van Banksy is niet goedkoop. In coronatijd verkocht Moco Banksy’s schilderij Monkey Poison – een chimpansee die aan een blik benzine lurkt – voor 1,4 miljoen euro. Van de opbrengst betaalde de staf het personeel. Is het slim als een museum zijn kunstwerken verkoopt? Nee, ontegenzeggelijk is het cultureel ondernemerschap, maar vooral ook een schop tegen de taak van een museum: het behoud van cultureel erfgoed.
In het Moco, een initiatief van twee Amsterdamse galeriehouders, het echtpaar Logchies, kun je vrijwel ieder kunstwerk aanschaffen. Reken op prijzen tot ver in de tienduizenden euro’s. Weinigen maken zich daar zorgen over. De bezoekersaantallen – vooral jongeren – zijn torenhoog: 550.000 bezoekers in 2019. Geen mens stoort zich aan de hoge entree: 19,50 euro. De Museum Jaarkaart is niet geldig.
Militaria Overloon druk bezocht
Terwijl in Oekraïne een gruwelijke oorlog woedt heeft Nederland zich dit weekend gelaafd aan Duitse militaire voertuigen en andere nostalgie uit Wereldoorlog Twee. Ruim negenduizend bezoekers waren zaterdag 14 mei te gast bij de Militaria, een evenement dat sinds 2008 plaatsvindt bij Oorlogsmuseum Overloon. Na twee jaar corona was de beurs eindelijk weer terug.
Tussen het echte materieel waren dit jaar ook miniatuurtanks. Verbluffende machines met bewegende ‘soldaten’. De tanks zouden niet misstaan in een speelfilm, met de juiste camera-instelling is het verschil met het echte werk immers nauwelijks zichtbaar.
Dit jaar liepen er op het evenement geen mensen in Duits uniform uit die barre oorlogsjaren, iets wat in voorgaande edities nog wel eens anders was. Toch waren er lui die een nagemaakte nazivlag op de kop tikten. Bij sommigen schijnen die dingen het goed te doen. Blijft er toch een aantal vragen open: mogen die vlaggen überhaupt verkocht worden – ik denk het niet – en wat doen ze er mee? Thuis ophangen of meenemen naar een ultrarechtse vereniging? Beide lijken me niet leuk.
Het diep gebrom van sommige oude motoren deed soms pijn aan de oren, maar dat die oude vehicles nog rijden mag gerust een godswonder heten. Nou ja, natuurlijk verdienen de technici – veelal particulieren – hier de meeste eer. Ze lieten hun brandstof slurpende karren lustig rondrijden. Dat kon, want de brandstof kwam voor rekening van het ministerie van Defensie.
Stichtse Vecht, ‘stempel’ in fraai landschap
De Stichtse Vecht, de oude doorvaarroute tussen Rijn en Zuiderzee, die begint bij de Weerdsluis in Utrecht, is een van de mooiste rivieren van het land. De Vecht stroomt langs plekken waar Amsterdamse kooplui in de Gouden Eeuw hun statige buitenhuizen lieten bouwen. Lang geleden zijn veel van die magnifieke villa’s vervangen door op oud lijkende ‘nieuwbouw’, maar die oogt zeker niet lelijk.
Begin vorige eeuw stapte ene Bob Spoelstra langs de Vecht. Als A. den Doolaard zou hij later onder meer De herberg met het hoefijzer en De druivenplukkers schrijven. Den Doolaard was een wandelaar van formaat. Onvermoeibaar zwierf hij langs ‘s heeren wegen. In zijn jeugd liep hij vanuit zijn woonplaats Den Haag naar Breukelen. ‘Drie achtereenvolgende zomers verkende hij de streek systematisch’, schrijft Hans Olink in Dronken van het leven, zijn biografie over Den Doolaard. ‘Vanuit Breukelen (liep hij) naar de zestiende-eeuwse boerderij Ruwiel, halverwege het buurtschap Oud-Aa en vandaar hogerop langs de Aa, die in de Angstel overgaat en vervolgens in het Gein.’
Tijdens wandelingen langs de Utrechtse Vecht zag Den Doolaard daar nagenoeg hetzelfde als wat wij zien: stokoude huizen, die sterk doen denken aan een oudhollands schilderij.
Romeinse legioenen
Tegenwoordig lopen we niet, maar rijden langs de Utrechtse Vecht, die langs Maarssen, Breukelen, Loenen, Weesp en Muiden in het IJmeer stroomt. Toen was de rivier gevuld met handelsverkeer, nu met pleziervaart. Maar bedenk: over de Fectio, de oude naam van deze stroom, verplaatsten zich Romeinse legioenen en soldaten uit de armee van Karel de Grote, een uit het water gevist steekwapen is daar een voorbeeld van. Het Karolingisch zwaard ligt in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden.
De kronkelige weg langs de rivier bestaat al eeuwen. Voorzichtig rijden is hier wel geboden. Menig snelrijder belandde in het water, soms met dodelijke afloop. Maar het doet niets af aan de grote regionale betekenis van deze fluisterstille rivier. In 1952 verscheen er een provinciaal volkslied over de Vecht, luister maar.
Langs de Vecht en d’oude Rijnstroom
Strekt zich wijd het Stichtse land.
Willibrord ontstak Uw fakkel,
Die onblusbaar verder brandt;
Waar ’s Lands Unie werd geboren,
Utrecht, hart van Nederland!
Utrecht, parel der gewesten,
‘k Min Uw bos en lustwarand’.
’n Eigen stempel draagt Uw landschap:
Plas, rivier of heid’ en zand,
Weid’ en bongerd, bont verscheiden,
Utrecht, hart van Nederland!
Utrecht, nobel, nijver Utrecht,
Middelpunt naar alle kant,
Aan uw eigen stijl en schoonheid
Houd ik steeds mijn zin verpand.
Blijv’ in goed’ en kwade dagen:
Utrecht, hart van Nederland!