Alles verandert bliksemsnel
De wereld is in nauwelijks 20 jaar totaal veranderd. Internet is de nieuwe Werkelijkheid geworden. Ruim 100 jaar geleden brachten telegraaf, telefoon, stoomboot, en trein, later het vliegtuig ons vooruit. Het ging snel, maar nooit zo snel als nu.
Onze wereld is veranderd in een dorp. Financiën, handel en industrie zijn uitgegroeid tot een georganiseerde productieketen. In dit ‘werelddorp’ met 7 miljard inwoners draait het om globalisering: het openstellen van grenzen voor de gemakkelijke verplaatsing van goederen en diensten.
Die ontwikkeling gaat razendsnel. Alleen een crisis, recessie of oorlog kan er een eind aan maken. Maar zijn de puinhopen aan de kant geschoven dan draait alles gewoon weer door en wellicht nog sneller dan voorheen.
Op deze site wil ik de veranderingen in de wereld volgen. Niet zoals een krant of tijdschrift doet, maar door alleen datgene eruit te pikken wat ik belangrijk vind.
Nederland in WO 1 nu gratis te lezen. Het boek verscheen in 2014.
Duitsekampweg Wolfheze, herinnering aan Duits interneringskamp uit WO 1
Even ruim 100 jaar terug.
Tegen het einde van de Eerste Wereldoorlog kwamen er steeds meer Duitse deserteurs naar Nederland. In 1917 werd er daarom een interneringskamp voor Duitse soldaten in Wolfheze gebouwd.
De Duitse krijgsgevangenen gingen in Nederland naar zes kampen, onder meer in Hattem
en Wolfheze. In Wolfheze herinnert de Duitsekampweg aan de plek waar het Duitse interneringskamp stond. Het terrein was vijfendertig hectare groot. In 1917 moesten ‘de zware wortels van een omgekapt bos nog verwijderd worden, zonder machines daar deze niet ter beschikking waren’ (Arnhemsche Courant). Binnen zes weken was dit werk door de soldaten geklaard en werd het kampterrein ingericht als akker- en tuinbouwbedrijf. In 1918 was het volop in bedrijf.
‘Kriegsgefangenenlager Wolfheze’ was een keurig kamp, gebouwd voor ruim tweeduizend krijgsgevangenen. Zoveel kwamen er nooit, hun aantal bleef steken bij ruim 700, vooral soldaten uit de lagere rangen. De hogere echelons werden tot in de verre omgeving ondergebracht in pensions en hotels, ze kwamen er wel voor de ontspanning. Alle materialen, van het hout voor de barakken tot de keukenbenodigdheden, kwamen per trein uit Duitsland. Behalve landbouwproducten leverde het kamp houten meubels. Die waren niet bestemd voor Nederland, maar voor de woningen van militairen in Duitsland.
In het kamp stonden zo’n zestig grijs gekleurde barakken met daaromheen moestuinen en aardappelvelden. ‘Alle woonzalen zijn schoon en ruim’, aldus de Arnhemsche Courant. ‘Er zijn een biljartzaal, een kantine en een ziekenzaal en er hangen eenvoudige, aardige katoenen gordijntjes voor de vensters, op de tafels staan mandjes met heide en aan de muren hangen eenige goede reproducties van de keizer. Voor de officieren is er een casino, een theaterzaal en een bioscoop, die ook op bezoek uit de omtrek rekenen mag.’
In Wolfheze vierden de Duitsers op zaterdag 31 augustus 1918 ‘in jubelstemming’ de verjaardag van Wilhelmina. Om de feestvreugde te verhogen schonk het Keizerlijk Gezantschap in Nederland elke geïnterneerde soldaat één gulden, vier glazen bier en vier sigaren. De zondag na Koninginnedag werd er gesport tegen bewoners van andere Duitse interneringskampen. Daarbij werden geldprijzen verdeeld van honderd gulden de man.
Hauptmann Brill, de kampcommandant van Wolfheze, gaf er een lezing over gymnastiek waarin, geheel naar de tijdgeest, hoog opgegeven werd van de nationalistische ideeën van Turnvater Friedrich Ludwig Jahn. Na afloop klonk er applaus, niet alleen van de soldaten, maar ook van de eregast, de Hollandse gebiedscommandant Van Eelders die alle festiviteiten bijwoonde. Plechtig zongen de soldaten behalve Heil dir im Siegerkranz ook het Wilhelmus, waarna een driewerf hoera weerklonk voor Wilhelmina.
In 1919 gingen alle soldaten terug naar huis, daarna werd het kamp ontmanteld. Wie meer wil weten over het kamp leest het relaas van de amateurhistoricus Ulbe Anema uit Wolfheze in de Gelderlander: https://www.gelderlander.nl/arnhem-e-o/hoe-wolfheze-aan-zijn-duitsekampweg-kwam~a777a9cb/
Land uit zee, camping waar je versteld van staat
Een van Neerlands leukste, gekste en meest bijzondere campings is Land uit Zee in Wieringerwerf. Natuurlijk kun je er overnachten in een tent, maar ook in een tram, een hondekoptrein of… een vliegtuig. En dat is lang niet alles, want er staan meer oude vervoermiddelen die het verblijf daar bijzonder maken.
Zeker voor de kits is Land uit Zee een avontuurlijke omgeving. Ieder kind droomt er toch van om in een vliegtuig of – ja, die hebben ze ook – helikopter te slapen. De Lynx – wentelwiek was in dienst van de Britse RAF en deed mee in de thriller The Lake, dat maakt hem extra avontuurlijk.
In het vliegtuig is de cockpit met al die metertjes en knopjes nog volkomen intact. De keuken is ondergebracht in de houten verkeerstoren.
In de hondekop kun je plaatsnemen op de stoel van de meester. De trein is ruim genoeg voor tien personen. Chillen doe je op het perron. De trein uit de jaren vijftig staat al weer jaren stil, voorheen stond -ie in het verkeerspark in Assen.
Wil je écht héél bijzonder overnachten boek dan de bus waarmee de Ierse rockband U2 in 2009 door Europa koerste. Bono, The Edge, Adam Clayton en Larry Mullen jr. zaten, samen met hun crew, in deze comfortabele bus. Het is een waar collectors item.
Land uit zee is een unieke ervaring in de doorgaans voorgeprogrammeerde kampeerwereld. Ga eens lang, je zult versteld staan.
Nijhoff, dichter van het gewone woord
Gewone woorden waren het kenmerk van de te vroeg gestorven dichter mr. Martinus Nijhoff. Door het gebruik van spreektaal drong deze telg uit een bekend uitgeversmilieu het verheven, en vaak gekunstelde woordgebruik, van de Tachtigers opzij.
Hij debuteerde in 1916 met de bundel De wandelaar.
Mijn eenzaam leven wandelt in de straten,
Langs een landschap of tussen kamerwanden.
Er stroomt geen bloed meer door mijn dode handen,
Stil heeft mijn hart de daden sterven laten.
Zijn meest bekende sonnet is De moeder de vrouw uit 1934 dat zich afspeelt bij Zaltbommel.
Ik ging naar Bommel om de brug te zien.
Ik zag de nieuwe brug. Twee overzijden
die elkaar vroeger schenen te vermijden,
worden weer buren. Een minuut of tien
dat ik daar lag, in ’t gras, mijn thee gedronken,
mijn hoofd vol van het landschap, wijd en zijd –
laat mij daar midden uit oneindigheid
een stem vernemen dat mijn oren klonken.
Het was een vrouw. Het schip dat zij bevoer
kwam langzaam stroomaf door de brug gevaren.
Zij was alleen aan dek, zij stond bij ’t roer,
en wat zij zong hoorde ik dat psalmen waren.
O, dacht ik, o, dat daar mijn moeder voer.
Prijs God, zong zij, Zijn hand zal u bewaren.
De woordritmiek laat het deinen van de boot voelen. Dit is een van de bekendste gedichten uit onze literatuur. Niet voor niets heet de nieuwe Waalbrug, die sinds 1996 bij Zaltbommel ligt, Martinus Nijhoffbrug.
Martinus Nijhoff, behalve poëet, ook vertaler en essayist, stierf in 1953, 58 jaar jong. Hij trouwde tweemaal, het laatst met de actrice Georgette Hagedoorn die in 1995 overleed. Ze liggen begraven op Westduin, Den Haag.