Pestkerkhof Alphen benadrukt betrekkelijkheid van het leven

Op de wereld zijn nu 60 miljoen mensen besmet met Covid-19. Het aantal

Het Pestkerkhof aan de Boslust in Alphen.

doden door het virus bedraagt ruim 1,41 miljoen. Dat haalt het bij lange na niet bij de pest, die in de periode 1347 tot 1669 West-Europa teisterde en 25 miljoen slachtoffers vergde. Wat vinden we daar nog van terug? Niet veel, in heel Nederland resteert er uit die tijd slechts één pestkerkhof dat in de jaren dertig van de vorige eeuw werd ontdekt en waarop nu een monument staat.

Langs een rij bomen loopt de stokoude weg naar het noodkerkhof.

Het enige pestkerkhof in Nederland dat behouden is ligt in het Brabantse Alphen, een dorpje in de buurt van Baarle-Nassau. Het ligt, verscholen achter bomen, langs de stille straat Boslust. Met een beetje fantasie kun je de oude situatie invullen. Door het achterliggend bouwland is de oude weg naar de dodenakker, een noodkerkhof, nog steeds zichtbaar. Om besmetting uit de buurt te houden was het de enige manier de pestdoden ver buiten de gemeenschap te begraven.

Kerkdienaren

In 1603, toen Brabant zuchtte onder de Spaanse overheersing, sloeg de pest erbarmelijk toe. Hetzelfde gebeurde in 1625. Alles staat keurig geboekstaafd in de archieven. In die tijd stierven in Breda en omstreken ruim 1800 mensen aan de pest. Het gebied waar het kerkhof ligt was toentertijd uitgestrekte heide. De twee wit omrande kruisen herinneren aan de kerkdienaren die met de pest besmet raakten en eraan overleden: dorpspastoor Adriaensen stierf op 30 juni 1604 en pastoor van den Heuvel op 20 oktober 1625. Ze raakten besmet terwijl ze zich bekommerden om zieke geloofsgenoten.

In totaal werden hier 400 pestlijders ter aarde besteld. Na de pest raakte de begraafplaats in de vergetelheid. Tot 1932, in dat jaar deed pastoor Willem Binck onderzoek naar de pestperiode en ontdekte dat er een pestkerkhof was geweest. Samen met archivaris dr. A. Erens van de Abdij van Tongerlo en archeoloog Joan Willems vond hij met behulp van oude kaarten de ligplaats aan de Boslust. Hij omschreef de vondst in zijn boek Omzwervingen in de Alphensche Praehistorie (1945): “…Ik zie mijn blozende boerenjongens nog staan bij de geopende groeve! Eén begravene hadden we blootgelegd. Alle beenderen waren intact en hard. Eerst baden we voor de zielenrust van alle afgestorvenen onzer parochie. Dan vroeg ik hun om de overblijfselen in een meegebrachte kistje te doen. Een panische schrik stond op hun gelaat. ‘De pest, pastoor de pest…’ Met de verklaring van den dokter trachtte ik hen gerust te stellen. En toch niemand verroerde zich nog. Toen sprong ik zelf in den kuil. Tegelijkertijd kwamen ze me na. ‘k Nam zelf de schedel in mijn handen. Toen vermanden zij zich en borgen met eerbied en misschien met een beetje zelfverwijt, het overige in het eenvoudige houtwerk…”

Monument op het noodpestkerkhof in Alphen.

Monument

Na de opgraving en het gedane onderzoek werd er in 1936 een monument geplaatst. Tot 1961 gingen scholieren jaarlijks op bedevaart naar deze plek. Daarna verdween het noodkerkhof opnieuw in de vergetelheid. Tot de plek in 1987 werd opgeschoond en vijftig meter verplaatst, zodat het nu beter zichtbaar is vanaf de straat Boslust.

Dit monument benadrukt, zeker in de coronapandemie, de betrekkelijkheid van het leven.

 

Dit bericht is geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink.