Populisme is de knellende ketting om de hals van de democratie. Overal ter wereld steekt het populisme de kop op. Het keren van onvrede is de leidraad. Populisten luisteren, zeggen ze, naar ´de wil van het volk´. Daarom geen vuurwerkverbod en geen klimaatmaatregelen.
Maar ´de wil van het volk´ bestaat niet. Het volk heeft geen eensluidende wil, de volksmening is uiterst gevarieerd. Populisten gaan daar gemakshalve aan voorbij. Dit is wat het volk wil, roepen ze, terwijl ze nergens kunnen bogen op een aanhang van 100 procent, hoogstens de helft of zelfs een kwart. De meeste kiezers bomt het niet. Zij gaan voor een verkiesbare sterke man of vrouw, die altijd snelle oplossingen belooft. Onder andere voor het oplossen van de ‘asielcrisis’, terwijl er helemaal geen asielcrisis is. Even buurten bij het CBS en je ziet dat de toestroom van het aantal asielzoekers met procenten is gedaald. Toch hamert de coalitie op een asielcrisis. Daarmee kun je makkelijk scoren. Hun kiezers geloven in de bovenmatige inname van woningen door asielzoekers. Ze zijn er vast van overtuigd dat asielzoekers in Nederland ‘een gouden bestaan’ wacht. Dat daar niets van klopt dringt niet tot ze door.
Kop van Jut
Ook in het buitenland zijn asielzoekers de kop van Jut. Aankomend president Trump, populist nummer 1, gaf meteen een buitenlander de schuld van de aanslag in New Orleans. Bleek een Texaan te zijn.
Populisten luisteren naar ‘das gesunde Volksempfinden’, hetzelfde uitgangspunt waar de nazi’s zich van bedienden en dat zoveel onheil bracht. Dat maakt het populisme eng en onvoorspelbaar. Hun aanhang maakt het niet uit. Sterker, die levert liever vrijheid in voor economisch gewin. Zo gewend zijn ze aan de democratie dat er best wat speelruimte is, denken ze. Ondertussen pakken de populisten de vrije nieuwsgaring aan, verschoppen de oppositie en voeren een hun passend verkiezingssysteem in waarmee ze de democratie nekken.
Het enige, zij het warrige, lichtpuntje is dat er ook aan dit ellendige patroon ooit, niemand weet wanneer, een einde komt. Blijft de vraag: is de veroorzaakte schade dan nog te helen?