‘Zolang je kinderen hebt, ben je niet dood’
De dood van Rubber is een roman over de oorlog in het Gelderse Doorwerth en het nabijgelegen Heveadorp.
Wat is fictie en wat zijn de feiten?
Bijna alle personen in het boek hebben bestaan. Fritz Kratzl, de rijksduitser, bestond echt, woonde echter niet in Heveadorp. Na de oorlog kreeg hij twintig jaar gevangenisstraf voor zijn optreden in het Arbeitslager Scharnhorst (Huize Mooiland, een verzorgingshuis).
Dorpsonderwijzer Wolter Jan Smit was gelegerd op de Hoekse Waard, zijn verhaal over de liefdesgeschiedenis is ingekleurd, evenals de passage over de moord op Corrie Geerink. Niemand was er immers bij, alleen de Duitsers. De geschiedenis van Henri Muller en Gerrit Zwaan is gebaseerd op herinneringen van die hen gekend hebben.
Hetzelfde geldt voor het verhaal van Willie Hoefnagels. Hij en vader en zoon Glezer werden nabij de villa Heemse vermoord door officier Labinska. De omstandigheden waaronder dat gebeurde zijn ingekleurd, al blijven de feiten, zoals de hartaanval van Glezer junior en de vlucht van buurman Brouwer, recht overeind staan.
Hoofdingenieur Munter, de aanjager van de april-mei staking in 1943, en zes fabrieksarbeiders van Hevea werden na verhoor doodgeschoten.
Journalist Ruben Citroen is een romanfiguur, evenals zijn moeder en vader. Johan Bosman, die Ruben naar de Betuwe bracht, probeerde zich te onttrekken aan de arbeidsinzet. Kort voor het begin van Market Garden werd hij in Wolfheze gefusilleerd.
Fictie is grotendeels toegepast bij doctor Jules Kahn, doctor Rubber. In het boek komen Jules en Feiga uit Tsjecho-Slowakije naar Nederland. In werkelijkheid kwam Jules na zijn vlucht uit Rusland naar Zwitserland, waar hij Feiga Feigelsohn ontmoette, ook wel Fogelsohn genoemd. Deze naam lag gemakkelijk in het gehoor en was door haar vader geclaimd voor emigratie naar de USA. Uiteindelijk emigreerde alleen hij, zij het niet naar Amerika maar naar Zuid-Afrika, en liet zijn gezin achter.
De Kahns verhuisden vanuit Geneve naar Nederland. Eerst woonden ze in Oosterbeek, later in Heveadorp.
Evenals zijn broer Victor was Jules een verwoed en succesvol schaker
Ook Jules’ beide broers Leon en Victor vluchtten uit Rusland, zijn twee zussen bleven achter. Zijn broers kozen voor Frankrijk. Victor Kahn, evenals Jules een verwoed schaker, ontwikkelde zich na zijn vlucht tot een keizer in deze sport. Hij boekte successen op wereldtoernooien in heel Europa en ver daarbuiten. In 1971 overleed hij in Nice. Leon leidde het leven van een bohemienne. Op latere leeftijd volgde hij verjongingskuren, liet zich volspuiten met allerlei middelen om jong te blijven, maar raakte daardoor verlamd aan zijn onderlijf.
In werkelijkheid hadden Jules en Feiga twee zonen: Boris en Victor, die bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog volwassen waren. Boris werkte in de jaren dertig als hoogleraar wis- en natuurkunde in Oxford. Hij maakte de grootste fout van zijn leven door naar Nederland terug te keren. In 1940 werd zijn dochter Tamar geboren, drie jaar later zijn dochter Shjoelamiet. Terwijl zijn vrouw van Shjoelamiet beviel, pakten de Duitsers Boris op. Een maand later stierf hij, samen met zijn ouders, in Sobibor. Zijn vrouw, Ada Kahn-Koetser, en de kinderen ontkwamen aan deportatie. Ada sloot zich aan bij de verzetsgroep van Gerrit van der Veen. Ze kreeg een persoonsbewijs met de vermelding dat ze een Surinaamse was, geboren in Paramaribo. In 1948 vertrok ze, samen met haar twee kinderen, die tijdens de oorlog ondergedoken waren, naar de nieuwe staat Israël. Ada overleed in 2007. Van de kinderen was in 2010 alleen Shjoelamiet nog in leven. Zij woont in Tel Aviv.
Geen uitgesproken wrok tegen Duitsers
Hun tweede zoon, Victor, overleefde de oorlog door Nederland vroegtijdig te verlaten. In tegenstelling tot zijn ouders was hij politiek en maatschappelijk geëngageerd. Op jonge leeftijd sloot hij zich aan bij de AJC, de Arbeiders-Jeugd-Centrale, waar hij zich politiek vormde. Hij koos voor een bestaan in Palestina, vocht aan geallieerde zijde in Noord-Afrika en Italië, en was actief in de Israëlische paramilitaire organisatie Hagana. In 1949 trouwde hij met de Turkse Sara Maymon.
Ze kregen twee kinderen: Yael (die wonderlijk genoeg op dezelfde dag werd geboren als Boris) en Oz. Het gezin ging naar Nederland dat ze beschouwden als brug naar de Verenigde Staten, waar senator Joseph McCarthy een hetze voerde tegen links. Met zijn linkse sympathieën kwam Victor de VS niet in.
Ada Kahn-Koetser lid van de verzetsgroep van Gerrit van der Veen
Hij vestigde zich in Arnhem en ging aan de slag als projectontwikkelaar. Victor stierf op 11 december 1973 zonder ooit een uitgesproken wrok tegen Duitsers te hebben gekoesterd. De Kahns voelden en voelen zich ver verheven boven de wandaden van de Duitsers. Bovendien, zo vond Victor, kon de naoorlogse generatie er niets aan doen, vertelt zijn dochter Yael. ‘Daarom reed mijn vader in een Audi en reisden we voor vakanties door Duitsland.’
Van Jules en Feiga Kahn rest vrijwel niets, slechts enkele foto’s en een handgeschreven zin van Jules op een briefje uit de jaren dertig: ”Mijn hartelijkste gelukwenschen”. Alles wat ze hadden verdween, iedere herinnering werd uitgewist. Maar hun levenslijn zet door. De drie zonen van hun kleindochter Yael – die pas bij het verschijnen van dit boek haar grootouders op foto zag – hebben weliswaar andere achternamen, maar het zijn Joden. De nu 80-jarige Sara Maymon-Kahn, de weduwe van Victor Kahn, zoon van Jules en Feiga, zegt het met nadruk: ‘Zolang je kinderen hebt, ben je niet dood’.